Game Preview

Voorzetsels

  •  Dutch    25     Public
    Learn how to use Dutch prepositions properly!
  •   Study   Slideshow
  • Когда отправляется поезд?
    Wanneer vertrekt je trein?
  •  15
  • Через пять минут, в восемь часов!
    Over vijf minuten, om acht uur!
  •  15
  • В конце недели я всегда очень уставшая.
    Aan het eind van de week ben ik altijd erg moe.
  •  15
  • Я родился в 1960.
    Ik ben geboren in 1960.
  •  15
  • С сентября я в Нидерландах.
    Sinds september ben ik in Nederland.
  •  15
  • Я могу остаться до 10 часов.
    Ik kan tot tien uur blijven.
  •  15
  • После двенадцати часов этот магазин закрыт.
    Na twaalf uur is deze winkel gesloten.
  •  15
  • Во время работы я никогда не курю.
    Onder het werk rook ik nooit.
  •  15
  • До девяти часов я не просыпаюсь!
    Voor negen uur ben ik niet wakker!
  •  15
  • Почти семь часов.
    Het is tegen zevenen.
  •  15
  • Куда идет этот поезд?
    Waar gaat deze trein heen?
  •  15
  • Этот поезд идет в Амстердам.
    Deze trein gaat naar Amsterdam.
  •  15
  • Где находится Лейден?
    Waar ligt Leiden?
  •  15
  • Лейден находится между Амстердамом и Гаагой.
    Leiden ligt tussen Amsterdam en Den Haag.
  •  15
  • Картина висит на стене.
    Het schilderij hangt aan de muur.
  •  15
  • Я живу за городом.
    Ik woon buiten de stad.
  •  15